Titel: De Boekendief
Schijver: Markus Zusak
Pagina's: 556
Uitgegeven in: 2005
Duitsland, 1939. Liesel is pas negen jaar oud wanneer ze door haar moeder naar een pleeggezin in de buurt van Munchen wordt gebracht. Een van haar geliefde bezittingen is een klein zwart boekje, 'Het Doodgravershandboek', dat ze vond op het graf van haar broertje. In de jaren dat Liesel bij de Hubermanns woont, wordt ze een gewiekste boekendief. Ze redt boeken van de nazi-boekverbrandingen en steelt ze uit de bibliotheek van de burgemeester. Tijdens de verwoestende bombardementen klampt ze zich vast aan haar schatten. Dit is een verhaal van moed, vriendschap, liefde en overleven, dood en verdriet. Dit is Liesels leven in de Himmelstraat, verteld door de ogen van de Dood, een toepasselijke verteller. Maar zal hij haar ook sparen?
Van een boek dat in 1939 is geschreven ben ik over gegaan naar een boek dat begint in 1939. (dat vond ik even een interessante toevalligheid) Ik weet dat Josine en Yumi dit boek al hebben gelezen, dus ik hoef jullie niet te overtuigen om het te lezen. Mardie moet het gewoon gaan lezen. Ik ga ook geen uitgebreide review van het gehele boek doen, maar haal gewoon wat puntjes aan waar ik aan moest denken bij en na het lezen.
Ten eerste, de verteller, ofwel De Dood. De manier waarop het verhaal verteld wordt, is nogal experimenteel. Ik denk dat het natuurlijk hier en daar niet perfect is, zeker niet als je er voor kiest om de 'allombekende Dood' als verteller aan te wijzen, maar het werkte. Ik had het erg interessant gevonden om dit verder uitgewerkt te zien. Het perspectief is namelijk uniek, omdat De Dood enerzijds betrokken is bij de gebeurtenissen maar anderzijds een bepaalde afstand neemt van de mensen. Bovendien denk ik dat Zusak in deze verteller een hoop ideeën van deze tijd heeft kunnen stoppen die naar mijn idee vaak missen in oorlogsverhalen omdat ze vanuit de overlevenden, de slachtoffers, de daders en wat dan ook worden verteld. Met onze generatie wordt dat steeds moeilijker. Wij hebben het niet meegemaakt en beleven de Tweede Wereldoorlog door verhalen die verteld worden door mensen die het ook maar kennen van verhalen. (Oh oh, ik noem hier bijna een postmodernistisch idee: het simulacrum) Misschien zijn wij in zekere zin de dood wel, omdat we weten dat we in zekere zin afstand moeten nemen van die oorlogen, maar tegelijkertijd een plek moeten bewaren om on schuldig te voelen? Of om te rouwen? Of om wat dan ook te doen.
Ik denk dat dat laatste, wij kennen slechts de verhalen, ook mijn kritiek punt inhoudt. Zusaks verhaal is geromantiseerd. Hoe lelijk de achtergrond ook mag zijn en hoewel er ook vast zulke mensen zijn geweest is de Himmelstraat wel een erg 'goede' straat. (Met uitzondering misschien van de ware nazisten en Hitler lievende mensen die soms genoemd worden.) Hans Hubermann, Rudy, Rosa, Liesel zelf. Al die goede mensen, dat is natuurlijk prachtig, maar misschien ook niet even realistisch. Want vaak kon je niet anders dan 'heil Hitleren' etc. Maar alsnog: is het echt erg dat het geromantiseerd is? Geeft dit niet juist blijk aan een beetje hoop in de mens? Is dit metamodernisme!?!
Ik weet het ook allemaal niet. En eigenlijk doet het er niet eens echt toe als je De Boekendief leest. Maar je kunt dit verhaal niet als een naïveling lezen. Noch kun je over de schrijfstijl van Zusak heen lezen zonder door te hebben wat voor woordenspel hij speelt. (Ik vond het prachtig) Noch kan de symboliek van woorden je zijn ontgaan. Maar, ja, ik vond dit een goed boek!
En guess what ik heb nog een fast-read voor de boeg, want mijn volgende Book Jar bepaalde boek is Light! Oeeeeh...
Hugs,
Iris
Geen opmerkingen:
Een reactie posten